Stripgeschiedenis
Hieronymus Bosch
'De Tuin der Lusten'.
Hieronymus Bosch (Jheronimus van Aken, 1450 – 9 augustus 1516, Hertogdom Brabant) is één van de kleurrijkste, inventiefste en invloedrijkste schilders aller tijden. De buitengewoon fantasierijke artiest staat vooral bekend om zijn levendige en vaak angstaanjagende voorstellingen van de hel. Terwijl dit geen ongewoon onderwerp was in middeleeuwse Europese kunst stak Bosch nog altijd boven zijn tijdgenoten uit. Vóór hem maakte niemand zulke creatieve en surrealistische voorstellingen van eeuwige verdoemenis. Hij schilderde de gruwelijkste demonen, monsters en andere spookachtige wezens, maar met meesterlijke verfstroken die zijn fantasieën des te realistischer en geloofwaardiger doen overkomen. Men kan op zijn doeken ook gebruik van sequentiële narratieven terugvinden, waarmee hij een zeer vroege voorloper van moderne sequentiële kunst (strips) genoemd kan worden.
Stijl
Uit zijn werk spreekt een grimmige en zeer fatalistische kijk op de mensheid. Veel schilderijen die aan hem worden toegeschreven tonen mensen die elkaar bedriegen, martelen en vermoorden. 'De Keisnijder' stelt een kwakzalver voor die een zogenaamde steen uit het brein van zijn cliënt probeert te verwijderen. In 'De Goochelaar' is een man zo verbaasd over een goocheltruc dat hij niet merkt dat hij door een omstaander beroofd wordt. Jezus Christus wordt omringd door dreigende gezichten in 'Christus Draagt Het Kruis', terwijl op de achtergrond van 'De heilige Christoffel draagt het Christuskind' een man een beer aan een boom ophangt. Zelfs de Kerk wordt niet gespaard in zijn fatalistische visie. In 'De Hooiwagen' proberen verschillende mensen allemaal hooi uit een grote wagen te grijpen. In de rechterhoek ziet men een priester die vanuit zijn stoel van een drankje geniet, terwijl verschillende nonnen hem slaafs balen hooi brengen. Links volgen de paus en koningen de wagen per paard. Buiten medeweten van alle gulzige individuen die elkaar bekampen en vermoorden vanwege dit hooi wordt de wagen door demonen naar de hel getrokken.
Hel en het Laatste Oordeel waren een terugkerend onderwerp in Bosch' werk, haast op het obsessieve af. Hij maakte monumentale schilderijen rond dit thema, zoals 'De Hooiwagen', 'Het Laatste Oordeel', 'Paradijs en Hel', 'De Val van de Verdoemden in de Hel' en zijn beroemdste werk: 'De Tuin der Lusten'. De doeken zijn gevuld met tientallen opvallende scènes. Afgrijselijke duivels, heksen en monsters jagen zondaars genadeloos schrik aan en martelen hen. Sommigen zijn wandelende lichaamsdelen, anderen hybride dieren of gigantische door de mens gemaakte voorwerpen. De gitzwarte hemels worden enkel verlicht door gigantische brandhaarden met een spookachtige gloed. Bosch' nachtmerrieachtige visies van het hiernamaals voelen vanwege zijn schilderstalent veel memorabeler en effectiever aan dan zijn voorgangers en zelfs veel van zijn navolgers. Hij had een scherp oog voor realisme, waardoor zelfs de meest ongeloofwaardige wezens en achtergronden overtuigend overkomen.
Mysterieus leven
De voornaamste reden waarom Bosch' werk zelfs na zoveel eeuwen zo enigmatisch blijft is omdat er weinig over zijn leven bekend is. Hij werd in 1450 als Jheronimus van Aken geboren in het Nederlandse dorp 's Hertogenbosch, wat later zijn artiestennaam "Hieronymus Bosch" zou inspireren, of "Jeroen Bosch", zoals Nederlandstaligen hem vandaag de dag kennen. Bosch kwam uit een artistieke familie. Zijn ooms, vader als grootvader waren allemaal schilders, maar hun werk heeft het niet overleefd. In 1488 sloot Bosch zich bij de Illustere Lieve Vrouwe Broederschap aan, een rooms-katholieke broederschap. Hij kreeg vele verzoeken om schilderijen voor edellieden en clerici te maken, wat hem bij leven al een bekende en gerespecteerde naam maakte. Hij overleed op 9 augustus 1516. Met zo weinig beschikbare documentatie, laat staan iets dat zijn betoverende werken zou kunnen verklaren, is het niet verwonderlijk dat men in plaats daarvan voornamelijk zijn kunst heeft bestudeerd. Dit maakt hem zowel één van de meest geanalyseerde visuele artiesten uit de geschiedenis, alsook de minst begrepen. Geen enkel werk werd persoonlijk gedateerd. Velen kregen hun titels pas lang na zijn dood en het is niet altijd zeker of hij ze gemaakt heeft, zijn leerlingen of één van zijn vele imitatoren?
Scène uit 'Het Laatste Oordeel'.
Inspiraties en algemene boodschap
Het moderne publiek staat vaak versteld hoe wreed, sinister en angstaanjagend de taferelen in Bosch' werk zijn. Ze vergeten echter hoe het dagelijkse leven in de middeleeuwen was. Bij gebrek aan voldoende wetenschappelijke en medische kennis overleefden velen amper ziektes, kwetsuren, epidemieën of ongelukken. De "gelukkigen" waren levenslang gehandicapt of hielden er littekens aan over. Bijgeloof en angst voor het onbekende leidden tot heksenjachten, ondervragingen onder marteling en openbare executies. Oorlogen en natuurrampen kortten eveneens vele mensenlevens in. Bosch hoefde deze gruwel niet te bedenken: hij was erdoor omringd. Op dezelfde manier was zijn sensationele visie van de Hel niet als ontspannende fantasie bedoeld. Ze tonen hoe de meeste mensen zich eeuwige verdoemenis voorstelden. Bosch visualiseerde dit geloof gewoon. Toeschouwers interpreteerden zijn doeken hierom als waarschuwingen om hun zonden op te geven. Maar zelf leek de kunstenaar minder overtuigd dat de mensheid gered zou worden. In 'Het Laatste Oordeel' zweeft slechts een klein aantal mensen hemelwaarts, terwijl de meerderheid voorgoed verdoemd is.
Analyse en interpretaties
Toch hebben de mysterieuze en vaak bizarre beelden in Bosch' werk toeschouwers eeuwenlang verbaasd. Sommigen hebben hem een godsdienstwaanzinnige genoemd - ofwel een trouwe katholiek of lid van een geheime sekte - geobsedeerd over zijn angsten voor de Hel. Anderen beschouwen hem een prototypische protestant of zelfs atheïst, wiens werk als satire op de wilde religieuze denkbeelden uit zijn tijd moet worden geïnterpreteerd. Psychologen hebben Bosch' werken als manifestaties van zijn persoonlijke onderbewustzijn geïnterpreteerd, ook al bestond psychoanalyse in zijn tijd nog niet. Surrealisten zien hem als een voorloper van hun stijl, maar de artiest wilde nooit absurd zijn. Veel van de zogenaamde "surrealistische" beelden in Bosch' werk zijn meestal gewoon symbolische visualiseringen van spreekwoorden, gezegden, metaforen, allegorieën en bijbelse passages die met het verstrijken van de tijd uit het collectieve bewustzijn zijn verdwenen. De minst ernstige interpretaties van Bosch' werk proberen hem vast te pinnen als een gek of drugsgebruiker, wat zijn grafische talent onderschat en zijn enorme verbeelding minacht.
'De Zeven Hoofdzonden en de Vier Uitersten'.
Prototypische strips
Op dezelfde manier moet men voorzichtig zijn wanneer men Bosch een strippionier noemt. In de moderne betekenis van het woord maakte hij nooit een strip. Maar er kan iets gezegd worden over het feit dat hij vroeg gebruik maakte van verhaalsequenties om zijn moralistische boodschappen over te brengen. 'De Zeven Hoofdzonden en de Vier Uitersten' is vanwege haar ongewone uitvoering een opmerkelijk schilderij. Het toont vijf cirkels. Vier ervan zijn klein en stellen respectievelijk de dood van een zondaar voor, Het Laatste Oordeel, Hel en de Hemelse Glorie. Deze vier cirkels omringen een grotere cirkel die de zeven hoofdzonden in zeven verschillende beelden voorstellen. Binnenin deze grote cirkel zien we een nog kleinere cirkel waarin Christus uit zijn tombe herrijst. De kaders die alle prentjes duidelijk van elkaar scheiden doen aan een strip denken. De illustraties worden ook van tekst vergezeld, namelijk via moralistische boodschappen die op papieren rollen geschreven zijn. De zonden zelf worden tamelijk komisch voorgesteld, wat aan de slapstick van een moderne humorstrip doet denken. Maar alhoewel de beelden thematisch verbonden zijn volgen ze toch geen duidelijke narratieve volgorde: de lezer kan hen in eender welke richting lezen.
Een duidelijker voorbeeld van een verhalende sequentie kan in 'De Dood van een Vrek' worden teruggevonden, een buitenste vleugel van een verloren gegane triptiek. Het toont een oude vrek die munten verzamelt en later op zijn sterfbed nog altijd weigert zijn weelde af te staan. Dezelfde man wordt tweemaal in dezelfde afbeelding getoond. Zodoende moet het verstrijken van de tijd begrepen worden door eerst naar de persoon aan het voeteneinde van het bed te kijken en dan naar de man die onder de lakens ligt. Gulzigheid die tot eeuwige verdoemenis leidt is ook een thema in de triptiek 'De Hooiwagen'. Ook dit werk toont een duidelijk "verhaal". In het eerste paneel zien we drie verschillende sequenties die Adam en Eva voorstellen, allen in dezelfde afbeelding getoond. Adam en Eva worden door God geschapen, vervolgens door de slang verleid en uiteindelijk uit het Paradijs verbannen. De sequentie is interessant omdat het dezelfde personages in drie opeenvolgende gebeurtenissen voorstelt. Het tweede paneel van 'De Hooiwagen' verbindt Adam en Eva's zondeval die de mensheid verdoemde met een andere zonde die hetzelfde fatale eindresultaat heeft. Een grote menigte volgt een hooiwagen en graait naar de inhoud. Iedereen is zo verblind door begeerte dat ze niet merken dat de wagen door demonen en monsters voortgetrokken wordt. Hun eindbestemming wordt duidelijk in het volgende paneel: Hel.
'Het Laatste Oordeel' is een andere triptiek die in het eerste paneel Adam en Eva's schepping, verleiding en uiteindelijke verbanning uit het Paradijs toont. Het enige verschil is dat de sequentie van onder naar boven moet gelezen worden, in plaats van andersom. Het tweede panel stelt Jezus en de heiligen voor die Het Laatste Oordeel uitvoeren, terwijl de zondaars op aarde gemarteld worden door duivels, een scène die in het derde paneel verder wordt gezet.
Bosch' magnum opus 'De Tuin der Lusten' is een drieluik dat ook vanuit het verhaal van Adam en Eva vertrekt om het lot van de mensheid te voorspellen indien het zondige levenspad wordt voortgezet. In het eerste paneel zien we het Paradijs, waar God Adam en Eva schept. In het tweede paneel zien we een soortgelijk Paradijs waar honderden naakte koppels hun lustgevoelens uitleven. Het derde paneel toont Hel opnieuw als de ultieme straf voor al het losbandige gedrag. Een ander interessant prototype van moderne stripnarratieven is 'De Verzoeking van de Heilige Antonius'. Het drieluik vertelt het verhaal van de Heilige Antonius. In het eerste paneel wordt hij eigenlijk tweemaal voorgesteld. Eerst zien we hem in de bovenste helft van het beeld door de hemel reizen. Nadat demonen hem op de begane grond brengen wordt hij door een monnik en lekenbroeder ondersteund, zoals we kunnen zien in de onderste helft. In het tweede paneel bidt St. Antonius tijdens een heksensabbat, terwijl hij in het onderste paneel de Bijbel probeert te lezen zonder door demonische krachten afgeleid te worden. In tegenstelling tot de voorheen vermeldde werken vertelt 'De Verzoeking van de Heilige Antonius' in alle drie de panelen een echt doorlopend verhaal met één centrale figuur als protagonist: St. Antonius. De sequenties volgen ook een zeer logische leesrichting, namelijk van boven naar beneden en van links naar rechts. Ook vermeldenswaardig is dat de triptiek wanneer ze gesloten wordt een ander sequentieel verhaal vertelt op haar luiken, namelijk de arrestatie en latere kruisiging van Jezus Christus.
'De Verzoeking van de Heilige Antonius'.
Met 'Zondvloed en Hel' kwam Bosch misschien wel het dichtst in de buurt bij wat een moderne strip genoemd kan worden. Het werk is een tweeluik dat vier bijbelse scènes voorstelt. Twee ervan worden in twee cirkels getoond, bovenop elkaar gepositioneerd. Deze twee momenten worden duidelijk van elkaar in twee afzonderlijke kaders gescheiden en vertellen nog steeds een doorlopend verhaal.
Eveneens vermeldenswaardig, ook al wordt tegenwoordig getwijfeld of Bosch het wel geschilderd heeft, is 'De Kruisdraging'. We zien Jezus zijn kruis dragen temidden van een zeer vijandige menigte met lelijke gezichten. De meesten verkeren op de rand van het karikaturale, maar zijn nog altijd herkenbaar als realistische voorstellingen van mensen. Het doek heeft door de eeuwen heen heel wat cartoonisten geïnspireerd. Marc Sleen verwees ernaar in zijn reeks 'Nero', meerbepaald het album 'De Totentrekkers' (1974), waarin zijn oom Omer een middeleeuws schilderij bezit dat duidelijk door dit doek geïnspireerd is. Robert Crumb parodieerde in 1981 'De Kruisdraging' voor het vierde nummer van zijn blad Weirdo, waarbij de personages in een eigentijdse setting geplaatst worden.
Nalatenschap en invloed
Het is onnodig te zeggen dat Bosch' oeuvre een tijdloze kracht heeft die toeschouwers tot op de dag van vandaag fascineert. Koningen als Filips I de Schone van Castilië en zijn kleinzoon Filips II van Spanje bezaten zijn schilderijen. Zelfs in zijn eigen eeuw waren zijn werken zo populair dat vele kunstenaars zijn stijl probeerden imiteren. Eén van de eersten was Pieter Bruegel de Oudere, wiens 'De Zeven Hoofdzonden' (1558), 'De Zeven Deugden' (1558), 'De Val der Opstandige Engelen' (1562), 'De Dulle Griet' (1562) en 'De Triomf van de Dood' (1562) allemaal helse en/of moraliserende taferelen voorstellen. Ook Lucas Cranach imiteerde Bosch tot hij zijn eigen stijl vond. Bosch' donkere, satirische visie van de mensheid manifesteert zich ook in de werken van William Hogarth en Francisco de Goya. De hele surrealistische beweging, vooral Salvador Dali, Max Ernst, Joan Miró en René Magritte dankt zijn mix van absurde en Freudiaanse beelden aan hem. Vrijwel elke artistieke voorstelling van de duistere middeleeuwen is door Bosch' werken beïnvloed. Zijn naam is letterlijk synoniem geworden voor het woord "hel". Samen met Dante Alighieri's gedicht 'La Divina Commedia' en Gustave Doré's onvergetelijke illustraties van datzelfde werk heeft hij de meest iconische interpretaties van het concept gemaakt, die heden ten dage nog altijd artiesten inspireren. Het woord "Boschiaans" is een eponiem geworden voor elke artistieke voorstelling van Hel of de middeleeuwen die aan zijn werk doet denken. Zijn populariteit en faam zijn zo groot dat hij in 2004, bij de verkiezing van "De Grootste Nederlander" op de 63ste plaats eindigde. In 1998 werd er een asteroïde naar hem vernoemd.
Samen met Pieter Bruegel de Oudere is Bosch de eerste Nederlandstalige prototypische striptekenaar, wiens werk de weg vrijmaakte voor gelijkaardige prototypische sequentiële illustratoren in de Lage Landen, zoals Otto van Veen, Romeyn de Hooghe en Willem Bilderdijk. Tot de ontelbare moderne (strip)auteurs die door Bosch beïnvloed werden behoren Hergé, Willy Vandersteen, Marc Sleen, André Franquin, Roland Topor, Robert Crumb, S. Clay Wilson, Edward Gorey, Terry Gilliam, Kamagurka, Jim Woodring, Nancy Burton, Victor Bregeda, Chet Zar, Steve Lieber, Angie Mason, Gummbah, Jeffrey Brown, Lectrr, Todd Schorr en Carlos Nine. Gommaar Timmermans', alias GoT, strip 'De Nieuwe Ark' (1972) werd door Bosch's schilderij 'Het Narrenschip' geïnspireerd. Stripboeken die rechtstreeks door Bosch geïnspireerd zijn 'Alex en het feest van Jeroen Bosch' (2015) door Evi Nijs, Marcel Ruijters' biografie 'Hieronymus' (2015) en Peter van Gucht en Luc Morjeau's 'Suske en Wiske'-verhaal 'De Bibberende Bosch' (2016). De Nederlandse illustrator Thé Tjong-Khing bracht in 2015 een geïllustreerd kinderboek uit dat op Boschiaanse beelden gebaseerd was: 'Bosch'.
Portret van Hieronymus Bosch, waarschijnlijk door Jacques Le Boucq (circa 1520-1573).
Engelse biografie in de Comiclopedia
(Tekst door Kjell Knudde)